Nov. 10, 2020
Drie jaar geleden ben ik van Nederland weer naar Duitsland terug gegangen. Sindsdien heb ich geen gelegenheid meer gehad om Nederlands te horen of spreken. Maar het was niet zo als of ik tijdens mijn tijd in Nederland veel Nederlands had moeten spreken. Iedereen was wel blij om engels met mij te praten. Daarom ben ik nu heel goed in luisteren en lezen maar absoluut niet in spreken. Ik was altijd een beetje verlegen omdat mijn Duitse accent echt sterk doorkwam.
Maar ik vindt heet heel leuk om andere talen te leren en dacht ik ga dit tekst schrijven om weer een beetje Nederlands te oefenen. Helaas vind ik het echt niet leuk om series in Nederlands te kijken. Misschien ga ik wel een tandem partner zoeken of moet ik eens proberen boeken te lezen. Op dit moment ga ik vooreerst een beetje meer schrijven. Wie weet of ik in de toekomst weer naar Nederlands ga verhuizen of niet.
Duitsland is vergelijken met Nederland veel te groot. Ik vermis het iets van stad naar stad in een uur te reizen. Ik woon nu in Hamburg en ga nooit ergens anders heen, alles wat je nodig hebt is verkrijgbaar binnen de city. Soms ga ik naar Groningen reizen omdat ik er een vriend ga bezoeken, maar nu met de corona situatie is het niet mogelijk. Waarschijnlijk ga ik weer de volgende jaar.
over Nederland en Duitsland
Drie jaar geleden ben ik van Nederland weer terug naar Duitsland terug gegangean.
'Gegangen' is een Duitse vervoeging, in het Nederlands is het in deze context 'gegaan'.
Sindsdien heb ichk geen gelegenheid meer gehad om Nederlands te horen of spreken.
Het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord van 'ich' is 'ik'.
Maar het was niet zo als of ik tijdens mijn tijd in Nederland veel Nederlands hadeb moeten spreken.
In deze context is het eerder 'heb moeten spreken'. Dit is echter een verplichting, je 'moest'. Je zou ook kunnen zeggen: 'Maar het was niet zo alsof ik tijdens mijn tijd in Nederland veel Nederlands heb kunnen spreken'.
Iedereen was wel blij om eEngels met mij te praten.
Daarom ben ik nu heel goed in luisteren en lezen maar absoluut niet in spreken.
Ik was altijd een beetje verlegen omdat mijn Duitse accent echt sterk doorkwam.
Maar ik vindt heet heel leuk om andere talen te leren en dacht: ik ga dit tekstje schrijven om weer een beetje Nederlands te oefenen.
Bij de ik-vorm is de vervoeging van het werkwoord altijd zonder -t.
'Dit tekstje' of 'deze tekst'. 'Dit tekstje' verwijst naar het feit dat het een betrekkelijk korte tekst betreft.
Helaas vind ik het echt niet leuk om series in Nederlands te kijken.
Misschien ga ik wel een tandem partner zoeken of moet ik eens proberen boeken te lezen.
Op dit moment ga ik vooreerst een beetje meer schrijven.Vooreerst is correct Nederlands, maar wellicht een beetje oubollig. 'Eerst' is misschien in deze context logischer.
Wie weet of ik in de toekomst weer naar Nederlands ga zal verhuizen of niet.
'Wie weet of' is de beschrijving van een fictieve of toekomstige onzekere situatie. Om daarna 'ga' te zeggen, wat meer een determinatie is, is een gekke zin. Ik zou 'ga' eerder veranderen in 'zal'.
Duitsland is vergelijeken met Nederland veel teheel groot.¶
Duitsland is in vergelijking met Nederland heel groot.
'Vergelijken' is de infinitief van het werkwoord. Je gebruikt hier beter 'vergeleken', dit is de verleden tijd die wordt gebruikt als je twee dingen in een comparatieve setting plaatst.
Het zou logischer in deze zin te zijn om gewoon 'groot' of 'heel groot' te zeggen.
Ik vermis het ietmis van stad naar stad in een uur te reizen.
Ik woon nu in Hamburg en ga nooit ergens anders heen, alles wat je nodig hebt is verkrijgbaar binnen de citystad.
In het Nederlands maken wij niet echt onderscheid tussen de stad, bijvoorbeeld het centrum, en de delen om de stad heen die ook nog tot stad behoren. Dit is vrij contextgevoelig.
'Ik ben in de stad', meestal een verwijzing dat je op dit moment in het centrum bent.
'De stad Hamburg is groot', eerder de gehele stad an sich.
Soms gareis ik naar Groningen reizen omdat ik er een vriend ga bezoeken, maar nuis het nu niet mogelijk met de corona situatie is het niet mogelijk.
Waarschijnlijk ga ik weer de volgende jaar.
'Waarschijnlijk ga ik weer het volgende jaar'
'Waarschijnlijk ga ik weer volgend jaar'
Feedback
Goed!
|
over Nederland en Duitsland This sentence has been marked as perfect! |
|
Drie jaar geleden ben ik van Nederland weer naar Duitsland terug gegangen. Drie jaar geleden ben ik van Nederland weer terug naar Duitsland 'Gegangen' is een Duitse vervoeging, in het Nederlands is het in deze context 'gegaan'. |
|
Sindsdien heb ich geen gelegenheid meer gehad om Nederlands te horen of spreken. Sindsdien heb i Het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord van 'ich' is 'ik'. |
|
Maar het was niet zo als of ik tijdens mijn tijd in Nederland veel Nederlands had moeten spreken. Maar het was niet zo als In deze context is het eerder 'heb moeten spreken'. Dit is echter een verplichting, je 'moest'. Je zou ook kunnen zeggen: 'Maar het was niet zo alsof ik tijdens mijn tijd in Nederland veel Nederlands heb kunnen spreken'. |
|
Iedereen was wel blij om engels met mij te praten. Iedereen was wel blij om |
|
Daarom ben ik nu heel goed in luisteren en lezen maar absoluut niet in spreken. This sentence has been marked as perfect! |
|
Ik was altijd een beetje verlegen omdat mijn Duitse accent echt sterk doorkwam. This sentence has been marked as perfect! |
|
Maar ik vindt heet heel leuk om andere talen te leren en dacht ik ga dit tekst schrijven om weer een beetje Nederlands te oefenen. Maar ik vind Bij de ik-vorm is de vervoeging van het werkwoord altijd zonder -t. 'Dit tekstje' of 'deze tekst'. 'Dit tekstje' verwijst naar het feit dat het een betrekkelijk korte tekst betreft. |
|
Helaas vind ik het echt niet leuk om series in Nederlands te kijken. This sentence has been marked as perfect! |
|
Misschien ga ik wel een tandem partner zoeken of moet ik eens proberen boeken te lezen. This sentence has been marked as perfect! |
|
Op dit moment ga ik vooreerst een beetje meer schrijven.
|
|
Wie weet of ik in de toekomst weer naar Nederlands ga verhuizen of niet. Wie weet of ik in de toekomst weer naar Nederland 'Wie weet of' is de beschrijving van een fictieve of toekomstige onzekere situatie. Om daarna 'ga' te zeggen, wat meer een determinatie is, is een gekke zin. Ik zou 'ga' eerder veranderen in 'zal'. |
|
Duitsland is vergelijken met Nederland veel te groot. Duitsland is vergel 'Vergelijken' is de infinitief van het werkwoord. Je gebruikt hier beter 'vergeleken', dit is de verleden tijd die wordt gebruikt als je twee dingen in een comparatieve setting plaatst. Het zou logischer in deze zin te zijn om gewoon 'groot' of 'heel groot' te zeggen. |
|
Ik vermis het iets van stad naar stad in een uur te reizen. Ik |
|
Ik woon nu in Hamburg en ga nooit ergens anders heen, alles wat je nodig hebt is verkrijgbaar binnen de city. Ik woon nu in Hamburg en ga nooit ergens anders heen, alles wat je nodig hebt is verkrijgbaar binnen de In het Nederlands maken wij niet echt onderscheid tussen de stad, bijvoorbeeld het centrum, en de delen om de stad heen die ook nog tot stad behoren. Dit is vrij contextgevoelig. 'Ik ben in de stad', meestal een verwijzing dat je op dit moment in het centrum bent. 'De stad Hamburg is groot', eerder de gehele stad an sich. |
|
Soms ga ik naar Groningen reizen omdat ik er een vriend ga bezoeken, maar nu met de corona situatie is het niet mogelijk. Soms |
|
Waarschijnlijk ga ik weer de volgende jaar. Waarschijnlijk ga ik weer 'Waarschijnlijk ga ik weer het volgende jaar' 'Waarschijnlijk ga ik weer volgend jaar' |
You need LangCorrect Premium to access this feature.
Go Premium